Welke invloed heeft werk op de psychische gezondheid van jonge werknemers? Dat onderzoekt Ute Bültmann, hoogleraar Arbeid en Gezondheid bij de afdeling Gezondheidswetenschappen van het UMCG. Ze krijgt voor haar onderzoek een Vici-beurs van anderhalf miljoen euro uit de Vernieuwingsimpuls van de NWO.
Ute Bultman

Wie nu voor het eerst op de arbeidsmarkt komt, krijgt met heel andere dingen te maken dan pakweg zo'n twintig jaar geleden. “Wij, onze generatie, zijn gewend aan zekerheden zoals vaste contracten en ontslagbescherming”, zegt Ute Bültmann.

“Tegenwoordig is er veel meer onzekerheid, kijk maar naar alle tijdelijke contracten. Tegelijkertijd wordt er wel een enorme flexibiliteit gevraagd van werknemers. Het werk zelf is bovendien sterk veranderd. Mensen moeten meer verschillende taken doen op hetzelfde moment. Daarvoor zijn andere competenties en vaardigheden nodig.

“Door de digitalisering gaat het werk ook nog eens veel sneller dan vroeger. Er wordt van werknemers verwacht dat ze continu bereikbaar en beschikbaar zijn. We weten nog te weinig wat de impact van deze veranderingen is op de gezondheid en het welbevinden van jonge werknemers. En van werknemers in het algemeen.”

Werklevensloop

Cijfers uit 2014 laten zien dat bijna 50 procent van de jonge werkenden die met langdurig verzuim zijn, kampt met psychische problemen. “Wij willen heel graag onderzoeken hoe dat komt”, zegt Bültmann. “Zodat we ervoor kunnen zorgen dat jonge mensen gezond aan het werk gaan en ook gezond aan het werk blijven.”

“Als mensen eenmaal uit het arbeidsproces geraken, is de kans dat ze nog een keer uitvallen vele malen groter.”

Bültmann doet al twintig jaar onderzoek naar de relatie tussen psychische gezondheid en werk. In haar Vici-onderzoek kijkt ze voor het eerst naar deze relatie vanuit het levensloopperspectief.

“Ik richt mij op de werklevensloop van jonge werknemers tussen de 18 en 35 jaar. In welke gesteldheid komen zij op de arbeidsmarkt, en hoe vergaat het hen daarna?”

TRAILS

Bültmann maakt hiervoor gebruik van data uit TRAILS, een langlopend, multidisciplinair onderzoek naar de psychische, sociale en lichamelijke ontwikkeling van adolescenten en jongvolwassenen.

“De groep mensen die wij onderzoeken, wordt al vanaf het tiende levensjaar gevolgd. Al die gegevens gaan we nu in kaart brengen: uit wat voor gezin komen ze, hoe is hun mentale gezondheid? Zo proberen we te ontdekken waarom de een wel psychische problemen ontwikkelt en de ander niet. En waarom de een wel uitvalt op de werkvloer en de ander niet. Welke factoren uit hun jeugd zijn hierin bepalend? En hoe kunnen we vroegtijdig ingrijpen zodat jonge mensen goed aan het werk gaan én blijven?

“Vooral dat laatste is heel belangrijk. Want als mensen eenmaal uit het arbeidsproces geraken, is de kans dat ze nog een keer uitvallen, vele malen groter. Na hervatting valt 20 procent van de werknemers opnieuw uit door mentale klachten. Dat wil je vóór zijn.”

Werkwaarde

Behalve data-onderzoek doen gaat Bültmann de jonge werknemers ook bevragen. Door middel van vragenlijsten kunnen ze aangeven of ze een hoge werkdruk ervaren, hoe groot de emotionele belasting is, of ze controle hebben over hoe en wanneer ze hun werk doen, hoe hun werk wordt gewaardeerd, of ze steun krijgen van hun baas en collega's en hoe de balans is tussen werk en privé.

Middels focusgroepen en interviews wil de onderzoeker er achter komen welke waarde jonge mensen toekennen aan werk. “Dat aspect vind ik persoonlijk erg boeiend. Ik ben heel benieuwd naar hoe zij tegen werk aankijken, in hoeverre dat verschilt van het perspectief van mijn eigen generatie.”

Werkbeleving

Onderzoek naar arbeid en gezondheid richt zich tegenwoordig vaak op oudere werknemers. “De focus is dan om deze gezond en langer aan het werk te houden”, zegt Bültmann.

“We willen dat werkenden zo lang mogelijk gezond aan het werk blijven”

“Dat is ook heel belangrijk, maar jongere werknemers verdienen zeker zoveel aandacht. Zij hebben nog hun hele werkende leven vóór zich. Het mooie van deze onderzoeksgroep is dat jonge mensen nog niet belast zijn met een werkverleden.

“Daardoor kunnen we goed bekijken wat de invloed is van hun werk op hun gezondheid, en andersom. Ontwikkelen jonge mensen die zonder psychische problemen op de arbeidsmarkt komen, later wel psychische klachten door hun werk? En omgekeerd: helpt werk jongeren met psychische problemen om beter met hun klachten om te gaan?”

Adviseren

Bültmann wil uiteindelijk met haar onderzoek jeugdartsen en bedrijfsartsen adviseren over hoe ze klachten bij jonge mensen beter kunnen herkennen om erger te voorkomen. En over hoe het werk aangepast kan worden aan de behoeften van jonge werknemers.

“We willen niet dat jongeren die met psychische problemen op de werkvloer komen, later uitvallen. Of dat jongeren die zonder psychische problemen beginnen met werken, later klachten ontwikkelen”, zegt ze.

“Wat we wel willen, is dat werkenden in het algemeen zo lang mogelijk gezond aan het werk blijven, en dat ze goed werk aangeboden krijgen. Healthy Ageing begint dus al op jonge leeftijd.”