Opeens staat je leven op zijn kop. ‘Je denkt altijd: dat overkomt mij niet, dat overkomt anderen’, vertelt Marwies Bos over het moment dat ze hoorde dat ze eierstokkanker had. ‘Ik voelde me een hoofdrolspeler in een hele foute film.’
Moe en gesloopt na zes chemokuren
Omdat de kanker bij Marwies in een redelijk vroeg stadium was ontdekt, kon deze goed behandeld worden, met uitzicht op herstel. Ze kreeg zes chemokuren, met steeds een aantal weken hersteltijd ertussen. Al met al duurde de chemotherapie een half jaar. Het was een heftige tijd, vertelt ze. ‘De eerste dagen van een kuur viel het nog mee, en je krijgt oppeppers om de bijwerkingen te dempen. Na iedere kuur voelde ik me een week ziek en in de loop van de tijd wordt het steeds zwaarder, je lichaam heeft steeds meer moeite om het te verwerken. De laatste kuur zag ik echt als stip aan de horizon; dan ben ik klaar en spring ik een gat in de lucht. Maar dat was niet zo, ik was moe en gesloopt.’
Meer bewegen via de huisarts
Na een periode van bijkomen en aansterken volgde ze een revalidatieprogramma bij het UMCG Centrum voor Revalidatie in Haren. ‘Dat heeft me heel erg geholpen. Niet alleen het sporten en bewegen, maar ook de gesprekken met lotgenoten die je daar hebt waren ontzettend fijn.’
Daarna was de vraag: hoe blijf je in gang als je het zelf moet doen? ‘Dat viel me erg tegen’, zegt Marwies. Via haar huisarts hoorde ze over een onderzoeksprogramma van het UMCG dat erop gericht is om mensen die behandeld zijn voor kanker meer te laten bewegen. ‘Misschien helpt het om er meer uit te halen en sneller te herstellen’, dacht ze, en ze ging op gesprek.
Opbouwen naar 10.000 stappen
Een Fitbit – een horloge dat je activiteit meet - toonde al snel aan dat Marwies minder bewoog dan ze wilde. ‘Omdat ik ontzettend gemotiveerd was om naar buiten te gaan en te sporten, maakte ik met de praktijkverpleegkundige een beweegplan. Mijn doel was om op te bouwen van 6.000 naar 10.000 stappen per dag. Regelmatig ging ik bij de praktijkverpleegkundige langs om de voortgang te bespreken. Wat lukt wel, wat lukt niet? Moeten we het plan bijstellen? Dat was heel prettig en laagdrempelig.’
En zo’n Fitbit is een goede stok achter de deur, vertelt Marwies. ‘Als ik een keer moe was of geen zin had, en je ziet dat je nog wat stappen moet zetten, dan ben je toch sneller geneigd om de trap te pakken of even te gaan wandelen of fietsen. Het plan en de Fitbit stimuleerden me om het vol te houden.’
Minder somber
Halverwege en aan het eind van het programma deed ze een inspanningstest. En wat bleek: haar conditie was flink vooruit gegaan. ‘Ik voelde me niet alleen fitter, het hielp me ook mentaal’, vertelt ze. ‘Ik was minder somber doordat ik er veel op uit ging.’
Gezonder en bewuster leven
Ook ging Marwies gezonder en bewuster leven. ‘Ik las in een artikel dat meer bewegen de kans vermindert dat kanker terugkomt. Dat stimuleerde mij enorm. Je doet er alles aan om te voorkomen dat je weer ziek wordt. Voldoende bewegen, genoeg groente en fruit eten, minder suiker: ik ben meer gezonde keuzes gaan maken.’
Het leven niet uitstellen
En die lijn trekt ze nu door, al is ze wel wat minder streng voor zichzelf dan in het begin. ‘Kanker verandert je kijk op het leven, alles komt in een ander perspectief te staan. Je gaat nadenken, over de zin van het leven. Wat wil ik wel en niet. Mijn gezin en familie geef ik nog meer voorrang. Ik heb mijn werk weer opgepakt, maar ben wel gaan inzien dat andere dingen belangrijker zijn. Ik stel het leven niet meer uit. Vroeger dachten we wel eens na over een reis en dan zeiden mijn man en ik tegen elkaar: dat gaan we ooit nog eens doen. Nu denken we: dat gaan we nú doen.’