Nynke Scherpbier, hoogleraar Eerstelijnsgeneeskunde en Langdurige zorg, liet in haar recente oratie horen hoe Bach klinkt als drie strijkers samen spelen. Kort daarvoor hadden de aanwezigen gehoord hoe die muziek klinkt als de violen en de cello één voor één spelen.

Nynke Scherpbier is als hoogleraar verantwoordelijk voor onderwijs in en onderzoek naar gezondheidszorg in het hart van de samenleving. Ze vroeg het Luthers Bach Ensemble dan natuurlijk ook niet voor niets om deze twee variaties te spelen. 

Veel verschillende dokters, één patiënt

'Een patiënt heeft nu te maken met veel verschillende dokters en zorgprofessionals die hypergespecialiseerd zijn, zodat het een hele uitdaging is om goed samen te werken.' De staat van onze versnipperde gezondheidszorg met haar vele subspecialisaties, is dan zo langzamerhand ook onhoudbaar geworden. Dat vindt Nynke Scherpbier niet alleen, het is ook de boodschap van de vele adviesrapporten die de afgelopen maanden over de staat van de Nederlandse gezondheidszorg verschenen zijn.*  

Breed opgeleide dokters

'We willen minder medicaliseren, meer aandacht voor welzijn en gezond gedrag, meer preventie. Je ziet het idee van bredere, meer generalistisch opgeleide dokters dan ook op veel plekken terugkomen', legt Nynke uit. Die dokters van de toekomst kunnen zelf meer bespreken en doen voordat ze patiënten doorverwijzen naar collega-specialisten. 'Wij hebben daarom ook de opdracht om in het geneeskundeonderwijs meer aandacht te geven aan generalisme en de eerste lijn.' Zorg dus waar iedereen zonder verwijzing naar toe kan.

Vier weken in de huisartspraktijk 

Studenten geneeskunde zien in de eerste jaren van hun opleiding soms docenten die huisarts of specialist ouderengeneeskunde zijn. 'Zij geven bijvoorbeeld les in klinisch redeneren of professionele ontwikkeling.' Maar dan. 'In de masterfase lopen Groninger studenten vier weken coschappen bij de huisarts. Die periode is het kortst van alle geneeskundeopleidingen in Nederland en in verpleeghuizen komen ze helemaal niet', zegt Nynke. 'We hebben in Groningen een innovatief coschap ontwikkeld van twaalf aansluitende weken, waarbij studenten vier weken aan ouderengeneeskunde, vier weken aan sociale geneeskunde en vier weken aan huisartsgeneeskunde besteden.'  

Coschappen buiten het ziekenhuis

Tijdens dat gecombineerde coschap maken studenten bijvoorbeeld kennis met ouderen met een veelheid aan ziektes of met werken aan een gezonde leefomgeving bij de GGD. 'De opdracht om na de pilotperiode het coschap in het curriculum in te voeren, ligt er', zegt Nynke. Maar dat is dus nog niet gebeurd. 'Je wilt dat studenten met wat ervaring aan zo'n generalistisch coschap beginnen. Dat het nu nog niet in de master zit, komt omdat het curriculum een heel vaste structuur en financiering heeft.'

 

Meer huisartsen  

Ook de opleiding tot huisarts kent een uitdaging en niet alleen in Groningen. 'We hebben als universiteiten de opdracht gekregen om elk jaar 1200 in plaats van 800 huisartsen te gaan opleiden. Terwijl we te weinig sollicitaties krijgen om de huidige opleidingsplaatsen in te vullen. En nee, dan helpt het niet dat ons vak vaak negatief in het nieuws is.' Nynke Scherpbier wil de opleiding en de setting van het beroep, dat ze zelf zo goed kent en omschrijft als 'het mooiste vak dat er is', daarom helpen aanpassen aan de huidige tijd en generatie studenten.

Zorg in de buurt 

'Ik zie voor me dat straks iedereen in Nederland een klein centrum in de buurt heeft waarin huisartsen, wijkverpleegkundigen, welzijnsprofessionals en gemeenten, samenwerken voor dezelfde groep mensen. Die worden er snel geholpen bij problemen met hun gezondheid en welzijn en als het nodig is, zonder wachtlijsten doorverwezen. Als huisarts heb je veel autonomie en als je met een paar collega's samenwerkt en goede afspraken maakt, hoef je geen 60 uur te werken. Zeker als die kleinere centra door een grote regionale organisatie ondersteund worden bij zaken als ICT, personeelszorg en financiën.

Het Noorden

'De beweging van meer zorg naar de eerste lijn is er al lang', zegt Nynke. 'Groninger huisartsen lijken ook best meer taken van het ziekenhuis te willen overnemen, mits de ondersteuning goed geregeld wordt. Mensen hebben vaak klachten die te maken hebben met maatschappelijke problemen die helemaal niet om medische oplossingen vragen. Wel om huisartsen, wijkverpleegkundigen en sociaal werkers die de mensen en hun omgeving kennen. Hier in het Noorden hebben de verschillende zorgprofessionals elkaar hard nodig. Dus als ergens een goedlopend samenspel tussen nulde en eerste lijn met de tweede en derde lijn op redelijke afstand kan slagen, dan is het wel in Groningen.' 

*Die rapporten, dat zijn bijvoorbeeld het rapport 'De basis op orde' van de Raad voor de Volksgezondheid en Samenleving, de visie van de KNMG en het College Geneeskundige Specialismen over een nieuw specialismenlandschap en het Integraal Zorgakkoord