Voor Koen Lemmink, al enkele jaren hoofd van de afdeling Bewegingswetenschappen, is de cirkel na 40 jaar helemaal rond; hij hoorde in 1984 bij de eerste lichting studenten van wat toen nog de vrije studierichting Bewegingswetenschappen bij geneeskunde was. ‘Ik had de ALO afgerond en had interesse in de wetenschap rond sport. We waren met zo’n 50 studenten. Het was echt pionieren. Binnen een jaar hadden we onze eigen studievereniging opgericht, Studiosi Mobilae. Elke vrijdag evalueerden de docenten met ons hoe we het onderwijs van die week hadden ervaren. Onvergelijkbaar met nu!‘
Volwaardig onderwijsprogramma voor honderden studenten
Nadat Bewegingswetenschappen nog als 3-jarige afstudeerrichting bij pedagogiek was ondergebracht, begon in 2002 de zelfstandige bachelor. In 2005 volgende de eerste master en in 2012 de tweede. Anno 2024 melden jaarlijks zo’n 240 studenten zich aan voor de studie en zijn er in totaal ongeveer 850 studenten. De studie omvat een hooggewaardeerd bachelorprogramma, twee 2-jarige masterprogramma’s (Sport Sciences en Human Movement Sciences) en meerdere minors die een stevige basis bieden voor wetenschappelijke functies op gebied van sport en bewegen.
Bewegingsonderzoek richt zich op revalidatie, gezond ouder worden en sport
Gaandeweg is ook een onderzoeksprogramma ontwikkeld. Lemmink: ‘Ik was zelf de eerste bewegingswetenschapper die in 1996 promoveerde. Er was weinig structureel geld voor onderzoek, ik heb zelf ook meerdere korte aanstellingen gehad. Later hebben we verschillende onderzoekslijnen kunnen ontwikkelen. We richten ons in het bewegingsonderzoek vooral op revalidatie, gezond ouder worden en sport. Daarvoor hebben we meerdere labs met high tech apparatuur. Ook hebben we veel mobiele testapparatuur om te meten op scholen, in revalidatiecentra, op het sportveld of in de wijken. Dit alles biedt een zeer goede infrastructuur voor onderzoek en onderwijs. We hebben op dit moment ongeveer 40 promovendi.’
Blijven vernieuwen en verbeteren
Lemmink ziet erop toe dat Bewegingswetenschappen zich blijft vernieuwen en verbeteren. ‘We stellen bewust ook jonge mensen aan. Zij brengen nieuwe ideeën mee voor onderzoek en onderwijs, zoals de ontwikkelingen in data science en AI en de vernieuwing van onze masterprogramma’s.
Iedereen in beweging
‘Iedereen in beweging!’, de slogan van het publieksfestival op 11 oktober in het Forum, is een toepasselijk motto voor Bewegingswetenschappen. ‘Ontwikkelingen in de maatschappij moet je integreren in je programma. Zo bereid je studenten goed voor op hun rol in de samenleving. Maatschappelijke relevantie wordt steeds belangrijker, het gaat niet meer alleen om het publiceren in mooie wetenschappelijke tijdschriften. We laten de buitenwereld meer en meer zien wat we doen. En we betrekken de buitenwereld ook veel meer bij ons onderzoek.’
Actieve en gezonde leefstijl steeds belangrijker
Lemmink is optimistisch over de komende tien jaar. Kennis over meer, beter en slimmer bewegen en sporten blijft cruciaal voor het welzijn, de kwaliteit van leven en gezondheid van mensen, maar ook voor de samenleving. Hij ziet vooral het thema ‘actieve en gezonde leefstijl’ steeds belangrijker worden. ‘In de coronaperiode zijn er veel initiatieven op dit gebied ontstaan. Iedereen merkte hoe belangrijk een gezonde leefstijl is in het voorkomen van ziekten. We hebben deze expertise nu ook volop in huis. We willen de komende jaren samen met klinische afdelingen bewegingsadviezen en -interventies beter in de patiëntenzorg integreren. Niet alleen in het UMCG, maar ook daarbuiten. Dat is een prioriteit, want de voordelen zijn heel duidelijk.’
‘Iedereen is bereid het elk jaar weer beter te doen’
Terugkijkend op 40 jaar is Lemmink er trots op dat Bewegingswetenschappen een wetenschappelijk fundament onder sport en bewegen heeft kunnen leggen, waar eerder heel veel op intuïtie gebeurde. ‘Maar het meest trots ben ik op de enorme betrokkenheid van de medewerkers en op de bereidheid van iedereen om het samen elk jaar weer beter te doen. De jaar-in-jaar-uit hoge waardering van de studenten is écht de verdienste van iedereen die hier werkt. Ik weet daarom zeker dat we over tien jaar weer een geweldig jubileum zullen vieren.‘